maandag 14 maart 2011

Onze eigen ramp.

In Libië woedt een burgeroorlog. In Japan zijn duizenden doden gevallen, en miljoenen overlevenden zitten met grote problemen. Kernreactoren staan op springen. Maar ook in het binnenland is er een groot probleem. De nieuwe Sprinters krijgen namelijk echt geen toiletten.

Dat leest u goed, we leven in een crisis, de wereld staat op allerlei manieren in brand, en nu heeft die mevrouw met die lange achternaam ook nog eens het besluit genomen dat er geen pispotten komen voor incontinente forensen. En dat wordt breed uitgemeten, want vakbonden en allerlei andere mensen hadden dat wel graag gezien.

Maar mooie, glanzende toiletten in die –overigens zeer mooie-  Sprinters zouden negentig miljoen euro moeten gaan kosten. En dat vond mevrouw Schultz van Haegen-Maas Geesteranus simpelweg te veel. En ik geef haar groot gelijk. Die dingen worden hoogstens één keer per week gebruikt door iemand die het echt niet meer op kan houden. Ze zijn namelijk stuk voor stuk vies. Echt. Heel. Vies. En het ruikt er ondefinieerbaar. Je weet nooit of je nou urine of kots ruikt,  bedoel ik daarmee. En de kans dat deze nieuwe toiletten datzelfde lot beschoren is zit er dik in. Na een maand zitten die ook onder de drek. En dan wil iedereen er weer vanaf.

Maargoed, voor nu zal dit besluit vast op veel verzet stuiten. Sommigen zullen het behandelen als de no-fly-zone boven Libië, anderen zullen het vergelijken met de situatie in Japan, of nog erger, met de Jodentransporten. Dat soort dingen. Want daar zijn wij Nederlanders goed in. Als we hele steden letterlijk weggevaagd zien worden op televisie zeggen we ‘Erg hè?’, en we leven vrolijk verder. Maar als we een kwartier in een Sprinter zonder plee zitten moet het hele leven stil. Dan gaan we staken. Dan worden we boos. En heel de wereld mag, nee, móét het weten.

Melanie Henriëtte (heb je al zo’n achternaam, moet je ook nog een dubbele voornaam) heeft daaraan gedacht. Ze komt iedereen tegemoet. Er komen meer WC’s op de stations, en wij worden daar naartoe geleid door middel van kaartjes en apps voor op onze mobieltjes. Zo kan iedereen die dat wil nog even lekker lozen voordat ze instappen in dat barbaarse veetransport dat niet eens sanitair heeft.

De tijd die men wint met het niet-naar-de-WC-gaan mag men wat mij betreft invullen met nadenken over mensen die het écht moeilijk hebben. Even reflecteren. Heb ik het nou echt zo slecht? Jezelf dat soort dingen afvragen. En voor je het weet kun je gewoon op de pot op het station. En als je het dan in je hoofd haalt te gaan zeuren dat dat vijftig eurocent kost, dan wens ik je dat natte, lauwwarme kruis van harte toe.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten